“Attentie: aanvang over vijf minuten”.
Als geluidstechnici gingen we ook wel eens vreemd. Neeeeee, nee, nee, denkt u nu niet meteen aan dàt, wij doelen op de uitstapjes naar de techniek in het Theater. Om zelf eens met andere dingen bezig te zijn èn voeling te houden met het Cultureel Publiek, als u begrijpt wat ik bedoel. Je maakte daar als technicus vaak de leukste dingen mee.
Zo was er die voorstelling waarvan de openingsact na de pauze, begon met een bewerking van een ietwat pompeus klassiek werk. Terwijl iedereen klaar stond en de dirigent zijn stokje ophief zette een groepje bezoekers in de zaal uit volle borst: ‘lang zullen ze leven’ in… ter ere van een 12 ½ jarig bruidspaar. Het duurde even voor iedereen zijn ernst weer terug had gevonden na deze geheel onverwachte muzikale wending!
Uit dezelfde categorie: een optreden van een semi-professionele musicalgroep, begeleid door een zes-koppige band. Op de bas de al wat oudere Karel, beduimelde leesbril voor op de neus, maar met groot enthousiasme de begeleiding ‘bassend’. Tot het moment dat we bij de inzet van een instrumentaal nummer wat raars hoorden. Vreemd, het leek wel of er iemand een ¾ maat speelde terwijl de rest van de band een 4/4 maat speelde. Snel luisteren bracht aan het oor dat de bassist iets anders deed dan je muzikaal zou verwachten. Die ging dus uit. De band speelde door en wierp ondertussen verbaasde blikken richting de bas. Als reactie kregen zij nóg verbaasder en bozer wordende blikken terug.
Tót… de bassist ineens stopte met spelen, de bril van de neus nam, die verwoed poetste en vervolgens druk in z’n muziek ging bladeren. Even triomfantelijk rondkijken, even tellen, meespelen en héééé, het klopte weer, zo hoorden we. In de pauze dromde iedereen om het muzikale Kareltje heen: ‘joh, wat was jij nou aan het doen ?’. Kareltje grijnsde, beet in het schuim van een goudgele rakker, en zei: ‘ik had m’n muziek niet goed op volgorde gezet dus ik was al met het volgende nummer bezig …..’
Theater had wel een nadeel: waar in omroepland altijd nog wel wat tijd overbleef voor de maaltijd was dat in het theater –vooral met amateurgroepen- vaak een wat meer ondergeschoven kindje. Met een, bloedsuikertechnisch niet zó verantwoorde, half warme pizza of een bak friet-met-kroket hield het nogal eens op. Maar ja, dat hoorde er ook wel weer een beetje bij.
Eén theater waar we vaak kwamen was dat betreft heel luxe: op nog geen 100 meter afstand zat een heuse Italiaanse ijssalon. Voor één van de toneelmeesters, gek op ijs, was dat soms wel eens een te grote verleiding. Zo was er die avond waarbij het ’10 minuten’ sein al had geklonken. De regie-assistente maakte een rondje intercom. ‘Licht? Is klaar. Geluid? Klaar. Decor? Klaar. Voordoek?….’. Stilte op de intercom. ‘Voordoek, meldt u!’. Stilte. Inmiddels het ‘vijf minuten voor aanvang’ seintje voorbij zijnde ontstond er enige lichte spanning op het podium.. want wáár was de toneelmeester die het doek moest bedienen? Toen hij twee minuten voor aanvang nog steeds onvindbaar was werd er snel wat ‘geregeld’….. tot onze vriend, met minder dan een minuut respijt, aan een grote ijsco likkend het podium op kwam rennen.
Het feit dat de hele crew in de pauze werd getracteerd op een ‘ijsco met 3 bollen & slagroom’ redde de avond en de sfeer, en achteraf hebben we er nog vaak om gelachen. En de toneelmeester? Die heeft nog héél lang vóór aanvang moeten horen: ‘Is ’t ijsje d’r al ?!’
Eet smakelijk !