Zalig samen zingen

Zalig Samen Zingen

In het laatste decennium van de vorige eeuw, zo in het eerste deel van de jaren negentig, was het nog een ieder jaar terugkerende traditie.

Eind december stroomden de plaatselijke kerken vol om met gezamenlijke zang de komst van Kerst te vieren. Soms wat moderner, soms wat traditioneler in de vorm van een Volkstkerstzang. Inclusief de burgemeester die vanaf het altaar het Kerstverhaal mocht voordragen.

Wij waren ingehuurd om voor de plaatselijke lokale omroep een registratie van de Volkskerstzang te verzorgen. Live op zender, met een opname voor herhaling van de uitzending met Kerstmis. De Kerstzang vond plaats in een grote -zelfs zéer grote èn galmende- kerk, wat de organisatie de mogelijkheid bood om muzikaal stevig uit te pakken. Drie koren, een harpiste, een pianist, een A-Banda kopergroep, het orgel, de grote klokken, strijkers en een 45-man groot orkest in big-band bezetting zouden de muzikale begeleiding verzorgen voor de verwachte 1000 zingende bezoekers. Het was ons in het voorbereidende gesprek dan ook al snel duidelijk dat er niet alleen een technisch- maar ook een logistiek hoogstandje moest worden geleverd. Het draaiboek vermeldde het toegankelijk zijn van de kerk, voor de benodigde voorbereidende werkzaamheden, vanaf ongeveer 12.00 uur. Tussen vier en half zes zouden de repeties plaatsvinden, waarna de kerk om 7 uur open zou gaan voor het publiek. Dat gaf ons zo’n vier uur de tijd om alle benodigde microfoons (zo’n 70 stuks) te plaatsen en daarvoor benodigde kabels te leggen.

Kabels…… Doordat de enig beschikbare plaats voor onze regiewagen naast de zij-ingang was gesitueerd, op bijna 100 meter van het altaar en middenschip af gelegen, betekende dit ook heel lànge kabels. De Pastoor was ons gelukkig goed gezind en gaf toestemming om de multikabels te leggen in de drie kwartier tussen de Vroegmis en de Hoogmis. Wij waren er blij mee. En met kunst en vliegwerk slaagden onze stagehands er in om in die tijd de 6x 150 meter multikabel uit te leggen en waar nodig met degelijk afplakwerk de bezoekers voor struikelpartijen te behouden. Of hun gedachten daarbij steeds passend bij de Zondag zijn geweest vermeldt de geschiedenis niet.

Na afloop van de Hoogmis, en het vertrek van ook de laatste beminde gelovige, werd in de hoogste versnelling verder gewerkt aan de opbouw van het geheel. Het orkest was professioneel en arriveerde ruim op tijd. De pianostemmer boog zich over de vleugel, de organist nam nog even wat loopjes door en om vier uur was iedereen klaar voor aanvang van de repetities.

We repeteerden. Met het orkest, met de koren, met alle musici tesamen. In de regiewagen stelden de geluidstechnici de juiste balans in, terwijl de regisseur zich over de laatste wijzigingen in zijn draaiboek boog. Tegen het einde van de repetities meldde zich ook de Presentator. Een zeer vriendelijke grijzende heer, met krijgshaftige snor en een sonoor klinkend stemgeluid. Opgeleid als omroeper in de tijd dat men zich bij de Nederlandse Radio Omroep nog kon beroepen op een uitmuntende spreekvaardigheid. Iedere klinker en medeklinker afgewogen op dictie, en duidelijk gearticuleerd. Deze heer had tot taak om de luisteraars tussen de diverse delen van de Kerstzang in, van enig commentaar -op beschaafd gedempte toon gesproken- te voorzien. Zijn plaats hiervoor, met een goed uitzicht over de gehele kerk, was op de hoge maar onverwarmde en daardoor bitter koude koorzolder. Met meerdere jaren ervaring bij deze Kerstzang had hij zich ook een eigen -passende- bijnaam verworven: “onze lieve heer op zolder”.

Wij schreven al eerder: het was een grote kerk. En tussen orgel en zij-ingang was een afgelegen deel, geheel aan het zicht onttrokken. Een uitstekende plek voor flightcases en ander transportmateriaal. Het draaiboek schreef voor dat één van de technici, voor een niet te vermijden microfoon changement, in de voorste bank plaats zou nemen. Uiteraard passend gekleed voor de locatie en gelegenheid. Daar pantalon, colbert en stropdas niet de meest ideale kledij voor opbouwwerk zijn besloot de technicus om, ruim voor het opengaan van de kerk, zijn werkkleding om te wisselen voor “het nette pak” in de genoemde hoek. Op hetzelfde tijdstip was de Pastoor tot de ontdekking gekomen dat dit een uitgelezen moment was om in gedachten verzonken een wandeling door zijn Kerk te maken. Ondoorgrondelijke redenen leidden zijn weg naar de plek waar onze technicus zich net in het nette pak aan het steken was en zeer verrast werd door de komst van meneer Pastoor.

Het is een mooie Kerstzang geworden en een uitstekende live registratie. De burgemeester las het Kerstverhaal, koren en orkest musiceerden de sterren van de hemel, de aanwezigen zongen niet àl te vals.De heer op zolder sprak op passend gedempte toon het geheel aan elkaar en slaagde erin om er telkens weer precies op tijd het zwijgen toe te doen. Bij het afsluitende Ere zij God stegen de jubelstemmen tot boven het doordringend gebeier van de klokken. Een donzen sneeuwlaag spreidde zich uit over de kerk en de naar binnen lopende bekabeling. Maar toen na het opruimen de laatste microfoon en ook de allerlaatste kabel weer zijn plek had gevonden keek iedereen elkaar tevreden aan.

Tja.. de moderne tijd heet vooruitgang. Heden, verleden en toekomst. Voltooide, Tegenwoordige en Toekomstige Tijd. Jammer dat ook in dat dorp die Volkskerstzang tegenwoordig Voltooid Verleden Tijd is. ‘